Het CID nodigt in het kader van Europalia Spanje de internationaal gerenommeerde architect en ontwerper Patricia Urquiola uit. Ze werd geboren in Oviedo in 1961 en behaalt een eerste diploma in de architectuur aan het Politecnico van Madrid. Ze zet vervolgens haar studies verder aan het Politecnico van Milaan, waar ze lessen volgt bij Achille Castiglioni, die haar als assistent aanstelt. Ze leert ook veel van het contact met de grote Italiaanse meesters door samen te werken met Vico Magistretti en Piero Lissoni. In 2001 opent ze haar eigen studio. Die telt een kleine honderd medewerkers en is actief in de sector van het productdesign, de interieurinrichting en de architectuur. De lijst van haar klanten is te lang om op te sommen. In elk project zien we echter het opgewekte, kleurrijke en dynamische ontwerp van de ontwerpster.
De tentoonstelling in het Grand-Hornu focust voornamelijk op het designwerk van Patricia Urquiola in de laatste vijf jaar en werpt een selectieve blik op haar werk, met aandacht voor de industriële en ambachtelijke productie, waarbij heel wat projecten zich op het snijvlak tussen de twee bevinden.
De tentoonstelling buigt zich over het onderzoek rond design en re-design (Latour) dat door Patricia Urquiola toegepast wordt. Elk voorwerp belichaamt een lang en gepassioneerd proces, een continue dialoog tussen de verschillende partners. Na de briefing aan het begin, dragen diepgaand onderzoek, herinneringen, intuïtieve inzichten, tijdelijke kortsluitingen en experimenten bij aan het creatieve proces. Het onderzoek voor deze projecten evolueert constant, ongeacht of het nu om de meest technologische of meest ambachtelijke oplossing gaat, en blijft open om opnieuw gedefinieerd en bekeken te worden. Bijgevolg blijven de thema’s open, vooral in verband met materialen, aangezien ze blijven evolueren.
Er zijn ook een aantal oudere producten in de tentoonstelling te bekijken. Die werden opnieuw bedacht en uitgegeven in nieuwe vormen. Deze artikelen werden op een doordachte manier opnieuw uitgedacht, vaak met het oog op een duurzamer product.
Op het vlak van keramiek richt de tentoonstelling zich op de herinterpretatie van traditionele technieken (Capodimonte, Bitossi, Rosenthal) of het gebruik van innoverende technologieën die het waterverbruik aanzienlijk beperken (technique continue avec Mutina). Patricia Urquiola heeft ook glastechnieken bestudeerd. Hier kunnen we producten in nieuwe glaspasta gemaakt van afval van het traditionele productieproces (Glas Italia) bekijken.
Ook de sector van het beton, een sector die enorm veel CO2 uitstoot, stelt zichzelf vandaag in vraag. We zien de ontwikkeling van een nieuwe generatie van soorten cement, waarvan Patricia Urquiola de eigenschappen heeft bestudeerd als onderdeel van haar samenwerking met het merk Cimento. Patricia Urquiola voert ook uitgebreid onderzoek uit op het vlak van textiel, van een heropwaardering van natuurlijke vezels tot de creatie van een eerste stof die volledig uit pet uit de oceaan bestaat (Kvadrat) of de recyclage van modules voor de vloer in buitengewoon bestendig pet (Tarkett).
In de tentoonstelling zijn ook zitmeubels te zien die zijn gemaakt met spuitmallen van biologisch terpolymeer (Andreu World) en oppervlakken die zijn gemaakt van schorsharsen en natuurlijk afval (Etel en Mater), of waarbij afval van marmerblokken hergebruikt wordt en vermengd wordt met hars om zo hybride platen te maken (Budri).